Eric Leltz  RSS feed    

Lokale oplossingen voor wereldwijde problemen

Zondag 02 mei 2010

  

 

 

We zijn ons niet altijd bewust hoeveel we afhankelijk zijn van olie en welke risico’s we daarmee lopen. Behalve dat het winnen van olie en het produceren van de vele oliegerelateerde producten milieuvervuilend is, raakt de olie een keer op. Het is een kwestie van tijd tot “peak-oil” zich aandient. Dat is het moment dat de mondiale oliewinning zijn top heeft bereikt. Vanaf dat moment zakt de olieproductie definitief in. Als dan de vraag naar olie nog steeds zo hoog is, zal de prijs stijgen. En dan heb ik het nog niet over onze afhankelijkheid van de instabiele gebieden waar de olie vandaan komt.

Als het aan GroenLinks/PE ligt is Ede in 2030 klimaat neutraal. Maar dan moet er nu al het een en ander worden gedaan. Voor de hand liggende maatregelen zijn isolatie van huizen en vergroenen van de opwekking van energie. Dus zorgen dat de energie voor huizen en gebouwen wordt verkregen uit niet fossiele bronnen zoals zon en wind. Maar er liggen ook nog vele andere mogelijkheden open. En dan gaat het om projecten die goed lokaal zijn in te passen. Een voorbeeld is het principe van de Transition towns. Steden als Deventer, Den Helder en Leeuwarden gingen ons al voor dus we hoeven het wiel niet opnieuw uit te vinden.

Een Transition Town laat zien hoe mensen zelf tot oplossingen komen en veranderingen in het denken organiseren. Een Transition Town is gebaseerd op de kracht van de lokale gemeenschap. Het doet een beroep op de eigen inzichten, op de wijsheid, de creativiteit en de ervaringen van de inwoners. Er gebeurt in Ede al veel op het gebied van duurzaamheid. Dit zijn de initiatieven “van bovenaf”. Daarnaast kan de gemeente de initiatieven “van onderop” stimuleren. Zij kan dit door te zorgen voor kaders om optimaal gebruik te maken van de daadkracht van onderaf.

Het idee van Transition Towns is gebaseerd op de permacultuur. Een dergelijke cultuur wordt gerealiseerd door te kijken naar de drie ecologische hoofdfactoren; zon, water en wind en hoe deze in het lokale systeem passen. Het doel van permacultuur is om een duurzame samenwerking te creëren tussen mensen en de omliggende natuur. Een energiezuinige stad bereik je door lokaal in eigen behoeftes te voorzien. Energieopwekking en verbouwen van voedsel moeten zoveel mogelijk in de buurt van de Transition Town worden gerealiseerd. Hiermee voorkom je veel vervoersbewegingen en het geeft ruimte aan de promotie van lokale producten. Een voorbeeld van een initiatief is het project “De Eetbare Stad” in Deventer, waarbij een groep bewoners op lokale schaal eetbare planten en bloemen verbouwen. Een ander voorbeeld is de aanleg van een “park” van zonnepanelen, zodat huishoudens op een milieuvriendelijke en duurzame manier in hun energiebehoefte kunnen voorzien.

Ede kan met de principes van Transition Towns uitgroeien tot een duurzame en sociale stad. Door het versterken van de lokale economie kan het energiezuinig maken en waar mogelijk zelfs energieproducerend maken van Ede, in een stroomversnelling terecht komen.

   

Een zorgmunt voor Ede

Zondag 04 april 2010

Enige tijd terug bakte ik pannenkoeken voor bewoners van de Hartenberg in het kader van NLDOET. NLDOET heeft tot doel om vrijwilligerswerk onder de aandacht te brengen door klussen en mensen aan elkaar te koppelen. En dat zijn klussen waar wel behoefte aan is maar die vaak blijven liggen omdat er geen tijd of geld voor is.

Dit deed me denken aan de pogingen die her en daar in de wereld zijn ondernomen om lokaal een complementair betaalsysteem op poten te zetten. Met een dergelijk systeem kun je vrijwilligerswerk waarderen zonder dat daar geld aan te pas komt. De waardering vindt plaats op grond van wederkerigheid en de “munt”eenheid is een uur. Met een uur werk voor de een kun je een uur van een ander vragen. En het mooie is, je kunt dit uurtje zelf gebruiken maar je kunt het ook aan een ander geven.

Het lijkt allemaal erg ingewikkeld maar hoeft dat in de uitvoering niet te zijn. Er kan gebruik worden gemaakt van elektronische kaarten die toch al worden gebruikt en er kan worden geleerd van ervaringen elders in de wereld. Een nadeel lijkt dat je formaliseert wat eigenlijk gewoon zou moeten zijn en soms ook al informeel wordt geregeld. Bovendien leeft nog vaak de gedachte dat vrijwilligerswerk toch vanzelf moet gaan. Maar het blijkt dat dit dus niet vanzelf gaat en dat een dergelijk systeem het vrijwilligerswerk een duwtje in de rug kan geven. Hierdoor worden meer mensen bereikt en kan onbenutte capaciteit beter worden ingezet.

In Japan, Engeland (zie video) en België hebben ze al ervaring met dergelijke systemen. In Vlaanderen verdien je overigens geen tijd maar punten. Daarmee lijkt het veel op loyaliteitsprogramma’s als ‘air miles’ die we uit de marketing kennen. Deelnemen in Vlaanderen is zeer eenvoudig. Op de gemeentelijke verdienlijst staan alle acties die punten opleveren. Op de verzilverlijst staat alles wat met die punten gekocht kan worden zoals waardebonnen voor optredens in de plaatselijke schouwburg, fietslampjes, spaarlampen, batterijladers, compostvaten, radiatorfolie trein- of buskaarten. Met het systeem wordt ook duurzaam gedrag beloond. Zo leveren een anti-reclame sticker op de brievenbus, over schakelen op groene stroom of meewerken aan buurtactiviteiten punten op. Voor een voorbeeld zie op www.e-portemonnee.be.

Omdat er steeds meer een beroep zal worden gedaan op de mantelzorg die niet met geld betaald kan worden, zijn dit soort complementaire betaalsystemen een uitkomst en zeker de moeite waard om te bestuderen Met de invoering van laten we het de EDO noemen zou Ede hier een steentje aan kunnen bijdragen. Met de EDO creëren we een vorm van ruilhandel waardoor mensen voor hun inspanningen aan de samenleving worden beloond. Inspanningen die voor de samenhang in Ede wezenlijk zijn. 

  

Duurzaamheid heeft de toekomst

Dinsdag 30 maart 2010

  

eric leltz

Recent publiceerde ING het rapport “De derde industriële revolutie”. Hierin staat beschreven dat steeds meer consumenten zullen vragen om duurzaam geproduceerde goederen. Duurzaamheid verhoogt dan de meerwaarde van een product. Na de uitvinding van de stoommachine in de 19de eeuw en de computer in de 20ste eeuw, waardoor de economie een enorme impuls kreeg, zou die rol nu wel eens weggelegd kunnen zijn voor duurzame productie.

In de westerse wereld wordt een beleid gericht op duurzaamheid nog als ‘soft en duur’ beschouwd. ING wijst erop dat duurzame productie in de toekomst goedkoper zal worden. Dit komt omdat de toenemende schaarste aan schoon water, energie en voedsel de prijs van de traditionele productie zal opdrijven. Daar komt dan nog de verplichting om de CO2-uitstoot te beperken bij. Volgens ING moet in Europa de komende tien jaar de omslag worden gemaakt naar een meer duurzame productie. Bedrijven zullen hun manier van werken moeten aanpassen aan de schaarste op het gebied van landbouwgrond, water en energie. Dit wordt in het rapport de derde industriële revolutie genoemd.

Groen en schoon moet het allemaal worden. Op dit moment prefereert in Europa nog maar 40% van de consumenten duurzame goederen maar in de opkomende economieën van Azië en Zuid-Amerika ligt dat percentage al rond de 85%. In deze landen zijn consumenten zich meer bewust van het belang van duurzaamheid, omdat zij direct met de gevolgen van water- en milieuvervuiling worden geconfronteerd’. Als Europa de derde industriële revolutie nu aan zich voorbij laat gaan, dan zal zij de slag missen.

Millenniumgemeente

Zaterdag 28 november 2009

millenniumgemeente

Alweer in juni 2007 heeft de de gemeenteraad van Ede een motie van GroenLinks/PE om millenniumgemeente te worden vastgesteld. Met deze motie verbindt de gemeente zich aan de 8 millenniumdoelen: 

  1. Het uitbannen van honger en armoede
  2. Alle kinderen kunnen naar school
  3. Mannen en vrouwen hebben dezelfde rechten
  4. Tegengaan van kindersterfte
  5. Tegengaan van moedersterfte
  6. Uitbannen van HIV/Aids, malaria en andere ziektes
  7. Meer mensen leven in een duurzaam leefmilieu
  8. Er is meer eerlijke handel, schuldverlichting en hulp

De motie legt de nadruk op de doelstellingen 7 en 8. De millenniumdoelen zijn concrete doelen in de aanpak van de belangrijkste wereldproblemen. In 2000 hebben 189 regeringen, waaronder Nederland, zich op een VN top verbonden aan de millenniumdoelen. Doelen gericht op het uitbannen van armoede en honger en het verbeteren van het klimaat en de duurzaamheid. Deze doelen moeten in 2015 zijn behaald. Een hele opgave en hoewel er resultaten zijn behaald moet er ook nog heel veel worden gedaan om de doelen te bereiken. Ook in Ede. Maar, wereldproblemen oplossen in Ede? Ja, iedere wandeling begint met een eerste stap. Dus iedere bijdrage, hoe klein ook, telt. Het gaat om maatschappelijk verantwoord besturen, ondernemen en consumeren. Iedereen kan in zijn of haar eigen tempo iets betekenen. Voor organisaties komen dan vragen boven als: “Van welk hout maken we beschoeiingen?” , “wat voor kopieerpapier gebruiken we?”, “kunnen we wat meer bij de wereldwinkel kopen?” en “welke koffie drinken we?”. Een bewustere keuze hoeft niet veel extra te kosten. De gemeente Ede is al op veel fronten goed bezig om uitvoering te geven aan de millenniumdoelstellingen. Zo gebeurt er het nodige op het gebied van klimaatbeleid. Maar Ede verklaren als millenniumgemeente is meer dan een vlag op de activiteiten. We geven duidelijk een signaal af, en daarmee het goede voorbeeld, dat de medemens en het milieu er daadwerkelijk toe doen.

Een paar maanden terug heeft mijn fractie aangegeven dat we veel beter kenbaar moeten maken dat we millenniumgemeente zijn. Bijvoorbeeld door bij de plaatsnaamborden te vermelden dat we millenniumgemeente zijn. En zie daar. De eerste borden worden binnenkort geplaatst. 

     

Archief



Rubrieken